Onderzoek naar oplossingen voor mentale problemen bij mensen met visuele beperking in coronatijd
Het coronavirus en de daarbij behorende maatregelen hebben z’n weerslag op iedereen, maar voor de ruim 300.000 blinden, slechtzienden en mensen met doofblindheid in Nederland geldt dat zij in coronatijd extra beperkt zijn. Dit leidt binnen deze doelgroep tot veel angst en stress. Mijke Hartendorp, docent/onderzoeker van het Lectoraat Brain & Technology en zelf slechtziend, doet samen met enkele andere hogescholen en instanties onderzoek naar oplossingen voor de psychosociale problemen die deze groep momenteel ervaart.
ZonMw-subsidie
Het onderzoek ‘De impact van de anderhalvemetermaatregel op het psychosociaal welbevinden van mensen met een visuele beperking en mensen met doofblindheid: Effectieve oplossingen ontwikkeld vanuit een Human-Centered Design’ is een samenwerking van Hogeschool Saxion (lectoraat Brain & Technology), NHL Stenden, Windesheim, de Oogvereniging, Bartiméus, Koninklijke Visio, Robert Coppes Stichting en ervaringsdeskundigen uit de doelgroep, gericht op een inclusievere 1,5m-samenleving. Onlangs ontving de onderzoeksgroep een subsidie vanuit de Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie (ZonMw), dat uit vijfhonderd aanvragen er slechts dertig honoreerde en in totaal zes miljoen euro verdeelde.
Hoi Mijke, met welke beperkingen krijgen blinden, slechtzienden en mensen met doofblindheid in coronatijd zoal te maken?
“Niet alleen in de supermarkt, maar ook in andere winkels en op straat wordt met lijnen aangegeven wat de looproutes zijn. Die zie je natuurlijk niet als je blind of slechtziend bent. Deze mensen weten dus niet goed wat er van hen verwacht wordt. Ze willen zich wel aan de regels houden, maar weten niet welke route ze moeten lopen en voelen zich daarom erg bezwaard. Bovendien worden ze hier op aangesproken en worden ze zelfs negatief bejegend. Dat is natuurlijk heel vervelend. Daarnaast is het bijvoorbeeld voor veel blinden fijn om even een arm van een vreemde vast te kunnen houden bij het oversteken, dat is nu ook niet mogelijk. Dat zorgt dat veel blinden en slechtzienden zich onveilig voelen op straat.”
Is er dan eigenlijk helemaal geen rekening gehouden met deze doelgroep?
“Gemeentes hebben een verplichting om ervoor te zorgen dat de samenleving inclusief is en toegankelijk voor inwoners uit alle doelgroepen. Winkeliers en ondernemers hebben inmiddels ook contact gezocht met verschillende expertisecentra voor mensen met een visuele beperking, omdat zij ook willen dat de winkels en winkelstraten toegankelijk zijn.”
Een aanzienlijk deel heeft aangegeven niet meer, of in ieder geval veel minder vaak, op pad te durven. Mensen zijn echt in hun zelfstandigheid aangetast. Ze ervaren veel angst, onzekerheid, boosheid en frustratie
Welk effect hebben deze beperkingen op de mentale gezondheid?
“Deze beperkingen hebben het gevolg dat als mensen wel op pad gaan, dit veel meer stress met zich meebrengt. Als je blind bent, ben je gewend om in je eigen omgeving naar de winkel te gaan, maar dat soort situaties zijn nu volledig veranderd en zijn ineens heel erg stressvol. Een aanzienlijk deel heeft via de Ooglijn van de Oogvereniging al aangegeven niet meer of in ieder geval veel minder vaak op pad te durven. Mensen zijn echt in hun zelfstandigheid aangetast. Ze ervaren veel angst, onzekerheid, boosheid en frustratie.”
Met het Lectoraat Brain & Technology gaan jullie, samen met enkele instanties, op zoek naar effectieve oplossingen tegen die stress. Hoe doen jullie dat?
“Dat doen we door samen met experts, instanties en een panel bestaande uit twee doofblinden en acht slechtzienden en blinden een jaar deze problemen te analyseren en goed te kijken wat oplossingen kunnen zijn. Een aantal van deze oplossingen testen we dan met het panel. Een jaar klinkt misschien lang, misschien is de coronacrisis dan wel voorbij, maar we kunnen de resultaten ook goed gebruiken voor mensen die onlangs blind of slechtziend zijn geworden. Ook zij ervaren namelijk vaak die stress.”
Wat zouden oplossingen voor dit probleem kunnen zijn?
“Dat kan echt van alles zijn. Je kunt denken aan bepaalde behandelingen, maar ook aan een website waar mensen elkaar kunnen vinden en ervaringen kunnen uitwisselen. Of een app die deze mensen mentaal ondersteunt. Maar dat willen we vooral nog even openlaten.”
Wat gebeurt er uiteindelijk met de resultaten?
“Omdat we samenwerken met verschillende centra kunnen die de resultaten onder hun eigen cliënten verspreiden. Maar ook de Oogvereniging speelt een belangrijke rol, omdat niet alle leden altijd cliënt zijn bij een van die centra. Uiteindelijk is het doel om met alle verschillende partijen te kijken hoe we zoveel mogelijk mensen kunnen helpen met onze oplossingen.”