Studeren met… een auditieve beperking: Amber wil een eigen hulpverlenerspraktijk opzetten voor dove en slechthorende mensen
Amber van Buuren heeft een auditieve beperking. Ze is doof geboren en is slechthorend. Op haar derde leerde ze spreken in gebarentaal. Tijdens haar studie heeft ze ook weleens een tolk meegenomen naar Saxion.
Hoi Amber, wil je jezelf voorstellen?
“Ik ben Amber, 28 jaar en ik woon in Enschede. Ik zit in het derde jaar van Social Work. Dit is mijn vijfde hbo-jaar, omdat ik twee jaar studievertraging heb opgelopen door corona. Momenteel doe ik de minor Neuropsychologie in Deventer.”
Wil je wat vertellen over je auditieve beperking?
“Ik ben doof geboren. Mijn moeder heeft dit vrij laat ontdekt. Toen ik één was had ze door dat ik niet goed kon lopen en niet reageerde op geluiden. Mijn overgrootmoeder merkte toen ik twee was op dat ik niet schrok van geluiden. Vanuit daar zijn er testen uitgevoerd.”
En toen ontdekten ze dat je doof bent?
“Ja, uit de testen bleek dat ik doof ben geboren. Toen ik drie was, ben ik geopereerd voor cochleairimplantatie, afgekort CI. Dat is een gehoorapparaat dat bij dove kinderen of volwassenen wordt geïmplanteerd om weer iets te horen. Het apparaat is een magneet die onder mijn huid is geplaatst en neemt de functie van de beschadigde zintuigcellen over door ze elektrisch te stimuleren. Op die manier wordt geluid vertaald naar begrijpelijke geluidssignalen. Het is een magneetje dat ik makkelijk eraf kan halen.”
Je was drie toen je het apparaat kreeg, hoe heb je het daarvoor gedaan?
“Als je baby bent, hoor je geluiden van tv of radio, maar bij mij was dat natuurlijk niet van toepassing. Daardoor heb ik een taalachterstand opgelopen. Ik heb logopedie gehad om te leren praten en klanken uit te spreken. Voor mijn moeder was het ook spannend, omdat verder niemand in de familie doof is. Ze moest ineens gebarentaal leren en cursussen doen om te kunnen communiceren met haar baby.”
In de jaren '90 waren de ontwikkelingen nog niet zo ver. Toen ik in 1998 geopereerd werd, waren de gehoorapparaten nog in de beginfase van de markt. Ik was een van de eerste kinderen die daaraan mocht meedoen.
Hoe heb je de gebarentaal geleerd?
“Voordat ik de cochleairimplantatie kreeg, kon ik al in gebarentaal communiceren. Mijn moeder had een speciale cursus gevonden voor dove en slechthorende kinderen. Daar heb ik samen met mijn moeder gebarentaal geleerd.”
Je was wel heel erg jong! Herinner je je dat nog?
“Ja, maar het is er bij mij met de paplepel ingegoten! Gebarentaal is mijn eerste taal geworden. Het is voor mij heel vloeiend om op die manier te communiceren.”
Hoe heb je het speciaal onderwijs ervaren in combinatie met jouw doofheid?
“Het fijne was dat we kleine klassen van maximaal tien kinderen hadden. De docenten hadden de volle aandacht voor alle studenten. De lessen werden gegeven met ondersteuning van gebarentaal. Het minder positieve was dat iedereen op één niveau werd geschat. De lessen gingen heel langzaam voor mij. Dat was ook de reden dat ik uiteindelijk naar het openbaar onderwijs doorstroomde.”
Dat een grote stap! Hoe ging dat?
“Daar begon het pesten. Ik ben heel lang gepest, omdat ik in een grote klas terecht kwam. Er was geen persoonlijke aandacht, terwijl ik dat heel erg gewend was vanuit het speciaal onderwijs. Ik werd niet serieus genomen door medestudenten en ook niet door mijn docenten. Een voorbeeld is de manier van toetsen. Ik gaf duidelijk aan dat de docent tijdens een dictee naast mijn gehoorapparaat moest staan zodat ik het kon horen. Daar werd helaas niet naar geluisterd, waardoor ik altijd slecht scoorde tijdens dit soort toetsen.”
Toen ben je naar de middelbare school gegaan?
“Ja, ik heb eerst vmbo-t gedaan, omdat ik door de taaldrempel slecht had gescoord op de citotoets. Ondanks dat ik slechthorend ben, kon ik gesprekken voeren van hoog niveau. Ik ben sociaal en heb een sterk culturele achtergrond. Later ging ik daarom door naar de havo. Maar helaas werd ik ook daar op een extreem niveau gepest. Toen besloot ik te stoppen met de havo. Het was ook niet zeker of ik mijn diploma kon krijgen, omdat docenten voor mijn situatie geen speciale toetsvoorzieningen wilden aanbieden.”
Wat frustrerend! Wat heb je daarna gedaan?
“Ik heb eerst mbo-opleidingen gevolgd. Ook hier had ik een mentor en docenten die mij niet geloofden en mij niet steunden. Toen ben ik ook met de mbo-studie gestopt. Ik bezocht de open dag van Social Work op Saxion. Hier werd mij verteld dat er eerder een meisje met een auditieve beperking deze studie heeft gevolgd en het ook heeft gehaald. Dit motiveerde me enorm. Mijn gevoel zei dat ik het moest doen!”
Wat is je droom na deze studie?
“Ik wil heel graag een eigen hulpverlenerspraktijk opzetten voor doven en slechthorenden. Vijf miljoen doven en slechthorenden kampen met mentale problemen en er zijn te weinig plekken in Nederland die hulp aanbieden. Ik wil de kennis en ervaringen meegeven die ik gemist heb in mijn jeugd.”
Heb je tips voor studenten die extra ondersteuning nodig hebben in het onderwijs?
“Blijf vechten, ondanks de mensen die niet in je geloven. Blijven vechten, zodat je gehoord wordt. En blijf vechten, totdat mensen jouw situatie serieus nemen. Dat is het belangrijkste wat ik kan adviseren!”
Het Saxion StudentSupportCentre biedt voorzieningen om studenten zo succesvol mogelijk te laten studeren. Van coaching en individuele begeleiding tot trainingen en workshops over persoonlijke ontwikkeling, effectief studeren, taal en studiekeuze en van carrière tot sport en cultuur.