• Code

    T.49696

  • Aantal ECTS credits

    3

Onder invloed van nieuwe informatie- en communicatietechnologie (ICT) en technologische innovaties ondergaan maatschappij en het openbaar bestuur grote transformaties. Deze transformatie wordt zelfs wel eens vergeleken met de industriële revolutie. Er is sprake van een informatiesamenleving. Dit heeft gevolgen voor opbouw en cultuur van organisaties economische modellen, de toegankelijkheid en openbaarheid van informatie.


Dit vraagt om een andere manier van organiseren en communiceren waarbij co-creatie steeds belangrijker wordt. Deze andere manier van organiseren en communiceren wordt ook wel getypeerd als de netwerksamenleving. Deze ontwikkeling hebben geleid tot de opkomst van open data, digitale netwerken en nieuwe vormen van communicatie.

In het module open data in netwerksamenleving  wordt er ingegaan op de gevolgen van open data, digitale netwerken en nieuwe communicatievormen op de maatschappij en het openbaar bestuur.

Toetsvorm Digitaal/Digital (D)

Toetscriteria

Toetsing en beoordeling
Het vak wordt afgesloten met een schriftelijk tentamen met  een mini-essay. Hierin wordt van je verwacht dat je kunt reflecteren op de stof uit het vak en de impact op het vakgebied en de ontwikkeling van de samenleving. Kijk bij de tentamenvoorbereiding goed naar de leerdoelen van het vak en plaats de tentamenstof dan ook in dat kader.

Toetsstof
De belangrijkste basis voor de toetsing wordt gelegd in de colleges. Deze zijn integraal toetsstof.
Bij ieder college wordt bijpassend materiaal gegeven in de vorm van pdf's, video's of websites. Dit publiceren we steeds bij het lesmateriaal op Blackboard.
We zullen in de college's aangeven hoe je deze kunt gebruiken bij de voorbereiding op het tentamen. 

1. De student kan de impact van technologie op maatschappelijke verhoudingen en stedelijke vraagstukken aangeven en met voorbeelden illustreren.
2. De student kan uitleggen wat de netwerksamenleving inhoudt en de impact hiervan op het oplossen van stedelijke vraagstukken met voorbeelden illustreren.
3. De student kan aangeven hoe open data kan worden ingezet voor het oplossen van stedelijke vraagstukken en met voorbeelden illustreren.
4. De student kan uitleggen hoe nieuwe communicatievormen stedelijke vraagstukken beïnvloeden, en deze kennis toepassen op een concreet vraagstuk.