Professionele beschouwing

  • Code

    L.29586

  • Studiebelastingsuren

    111

  • Taal

    nl-NL

  • Kwartiel van uitvoering

    3, 4

Binnen deze leereenheid leren studenten kritisch te kijken naar de normatieve kant van het beroep en hoe deze normativiteit hun denken en handelen beïnvloedt. Dit doen we aan de hand van het analyseren van filosofische concepten en een ethisch dilemma uit de praktijk. Daarnaast reflecteren de studenten op hun handelen bij het ethisch dilemma door een NARRA-reflectie. Studenten gebruiken voor dit vak de vaardigheden die ze hebben opgedaan bij het vak kritische reflectie uit jaar 1.

Competenties

  • Kwalificatie 1: Actief openstellen en signaleren
  • Kwalificatie 2: Bevorderen van sociaal functioneren in en van de primaire leefomgeving
  • Kwalificatie 7: Actief en ondernemend werken
  • Kwalificatie 8: Leren en ontwikkelen
  • Kwalificatie 9: Onderzoeken en innoveren
  • Kwalificatie 10: Kritisch en ethisch reflecteren

Leerdoelen

10C02 Je bent in staat om op een methodische wijze een moreel dilemma te analyseren vanuit je professioneel en persoonlijk perspectief en deze te beargumenteren en verantwoorden.

10CC2 Je bent in staat om te communiceren over je eigen sociale waarden en zingeving in relatie tot je professionaliteit.

10CT3 Je bent in staat om de wisselwerking tussen je eigen normativiteit en de wettelijke kaders te herkennen en te beschrijven in de praktijk van het sociaal werk.

3CL3 Je bent je bewust van je eigen vraagstukken m.b.t. ethische waarden en mensenrechten en hoe deze van invloed zijn op je methodisch handelen binnen netwerken.

4CL3 Je bent je bewust van je eigen vraagstukken m.b.t. ethische waarden en mensenrechten en hoe deze van invloed zijn op je methodisch handelen binnen gemeenschappen.

10CT2 Je bent in staat om je eigen normatieve professionaliteit te herkennen en te beschrijven.

10CT4 Je bent in staat om je eigen normen en waarden te benoemen en beschrijven ten aanzien van je professionele rol als sociaal werker.

10BT2 Je bent in staat om te beschrijven wat normatieve professionaliteit inhoudt.

2CL3 Je bent je bewust van je eigen vraagstukken m.b.t. ethische waarden en mensenrechten  en hoe deze van invloed zijn op je methodisch handelen binnen de primaire leefomgeving.

8CK1 Je hebt kennis van de toepassing van de professionele richtlijnen voor de SW.

9CO5 Je bent in staat om te analyseren welke ethische aspecten een rol kunnen spelen bij een praktijkvraagstuk.

10BC1 Je bent in staat om te communiceren over de normativiteit van het beroep sociaal werk met anderen

10BC3 Je bent in staat om te communiceren over sociale waarden en zingeving.

10BC4 Je weet welke (digitale) communicatiekanalen en middelen je kan inzetten om te communiceren over je eigen normatieve professionaliteit.

10BK2 Je hebt kennis van het ethisch begrippenkader en de daarbij horende denkwijzen.  

10BK3 Je hebt kennis van het begrip normatieve professionaliteit

10BL1 Je bent je ervan bewust dat je eigen sociale waarden, normen en zingeving van invloed zijn op je professionaliteit.

10BL2 Je bent je bewust dat sociaal werk een normatief beroep is.

10BL3 Je bent je ervan bewust dat je eigen oordeelsvorming mede tot stand komt op basis van ethische en normatieve aspecten.

10BO1 Je bent in staat om normatieve aspecten te signaleren binnen een sociaal vraagstuk jouw kijk hierop te geven.

10CC1 Je bent in staat om in interactie met verschillende belanghebbenden te communiceren over morele vraagstukken en zingeving.

10CC4 Je kunt bewust communicatiekanalen en middelen inzetten om te communiceren over je eigen normatieve professionaliteit.

10CK1 Je hebt kennis van mogelijke ethische onderbouwingen t.a.v. sociale vraagstukken.

10CK2 Je hebt kennis en inzicht in het ethisch begrippenkader en de daarbij horende denkwijzen. 

10CK3 Je hebt kennis van het op methodische wijze analyseren van een moreel dilemma. 

10CL1 Je bent je bewust van je eigen normativiteit en zingeving m.b.t. de rol die  je als professional inneemt binnen het sociaal werk.

10CL2 Je bent in staat om jouw antwoorden op zingevingsvragen in relatie met andere gangbare antwoorden te zien en te vergelijken. 

10CL3 Je bent je bewust dat jouw eigen sociale waarden en zingeving kunnen afwijken van de sociale waarden en zingeving van die van anderen.

Werkvorm