- Code
T.52659
- Aantal ECTS credits
5
Stromingsleer en toepassingen ervan komen we dagelijks tegen. Om kraanwater te laten stromen onder de vereiste druk, moet de juiste pomp geselecteerd worden. Deze pomp moet de gespecificeerde druk kunnen genereren ongeacht drukverliezen in het leidingsysteem. Ook dient rekening te worden gehouden met slijtage van de pomp. Hierbij speelt het voorkómen van cavitatie een grote rol. Daarnaast wordt aandacht besteed aan stromingen door pijpleidingen en appendages, zoals bochten en kleppen, waarbij de optredende drukverliezen tot geminimaliseerd moeten worden.
Een ander gebied van stromingsleer is aerodynamica. Hierbij wordt gekeken naar de luchtstroming rond voorwerpen, zoals auto’s of windturbinebladen. Door de aerodynamica van bijvoorbeeld turbinebladen te verbeteren, vermindert de weerstand en genereert de windturbine een hogere energieopbrengst.
Nadat je de module hebt afgerond, ben je in staat om de basis van stromingsleer toe te passen. Je kan een goed onderbouwde pompselectie maken. Daarnaast kan je stromingen rondom omstroomde voorwerpen analyseren en verbeteren.
| Toetsvorm | N.v.t./Not applicable/Nicht anwendbar (N) |
|---|
Toetscriteria
De theoretische module, met toetscode T.52659, wordt getoetst in de vorm van een practicum (DT.47614) en een digitaal tentamen (DT.47613) in Möbius. Deze laatste heeft een duur van 120 minuten. Bij het digitale tentamen is het de student toegestaan een formuleblad van één enkelzijdig A4 te gebruiken. Let op: dit formuleblad wordt NIET door de opleiding of de docent verzorgd, maar is door de student zelf te maken.
Het practicum wordt gedaan door het inleveren van een meetplan, welke door de docent nagekeken wordt. Bij goedkeur mogen de studenten in groepjes van 2 personen metingen uitvoeren aan de practicumopstelling. Deze metingen dienen uitgevoerd te worden in de eigen tijd van de student(en). Op basis van de metingen produceren de studenten een meetrapport dat dient te voldoen aan de eisen gesteld in de practicumhandleiding. Het meetrapport dient uitgevoerd te worden in Excel-format, waarin de uitkomsten kritisch geëvalueerd worden.
De toetsing van de gehele module wordt gedaan op basis van de volgende weging:
Eindbeoordeling= (2x schriftelijk tentamen)+(1x meetrapport)3
Cesuur:
De module als geheel is afgerond indien de eindbeoordeling een cijfer 5.5 of hoger gescoord is, waarbij voor zowel het practicum als het digitaal tentamen een 5.0 of hoger gescoord dient te zijn overeenkomstig de volgende cesuur:
| Punten: 0-14 | 15-24 | 25-34 | 35-49 | 50-56 | 57-64 | 65-74 | 75-84 | 85-94 | 95-100 |
| Cijfer: 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 |