Stromingsleer

  • Code

    L.25373

  • Studiebelastingsuren

    140

  • Taal

    nl-NL

  • Kwartiel van uitvoering

    4, 2

Stromingsleer en toepassingen ervan komen we dagelijks tegen. Om kraanwater te laten stromen onder de vereiste druk, moet de juiste pomp geselecteerd worden. Deze pomp moet de gespecificeerde druk kunnen genereren ongeacht drukverliezen in het leidingsysteem. Ook dient rekening te worden gehouden met slijtage van de pomp. Hierbij speelt het voorkómen van cavitatie een grote rol. Daarnaast wordt aandacht besteed aan stromingen door pijpleidingen en appendages, zoals bochten en kleppen, waarbij de optredende drukverliezen tot geminimaliseerd moeten worden.  

Een ander gebied van stromingsleer is aerodynamica. Hierbij wordt gekeken naar de luchtstroming rond voorwerpen, zoals auto’s of windturbinebladen. Door de aerodynamica van bijvoorbeeld turbinebladen te verbeteren, vermindert de weerstand en genereert de windturbine een hogere energieopbrengst.   

Nadat je de module hebt afgerond, ben je in staat om de basis van stromingsleer toe te passen. Je kan een goed onderbouwde pompselectie maken. Daarnaast kan je stromingen rondom omstroomde voorwerpen analyseren en verbeteren. 

Competenties

  • LED competentie

Leerdoelen

Aan het eind van de module kan de student: 

  1. het wrijvingsverlies over een leidingsysteem of van een component bepalen 
    Bepalen van de snelheid van een vloeistof in een leidingsysteem met behulp van de Wet van Bernoulli en de continuïteitsvergelijking 
    Toepassen van de energiewet op een stroming 
    Bepalen van het drukverlies of de frictiefactor door wrijving in een leidingsysteem en appendages 

  2. impulsbehoud toepassen om een omstroomd lichaam of op een leidingstroming 
    Toepassen van de wet van behoud van impuls op een stroming
    Bepalen van de reactiekrachten en reactiemoment op een voorwerp 
    Bepalen van de resulterende kracht en moment

  3. een pompselectie maken en zowel kwalitatief als kwantitatief beargumenteren |
    Kennen van verschillende typen pompen (verdringerpomp, centrifugaalpomp) 
    Oplossingen aandragen om cavitatie te voorkomen
    Bepalen van de maximale opvoerhoogte van een pomp 
    Bepalen van het verband tussen de volumestroom en de opvoerhoogte

  4.  de relevante ontwerpparameters van een centrifugaalpomp bepalen 
    Bepalen van de leidingkarakteristiek
    Bepalen van de pompkarakteristiek
    Definiëren van het optimale bedrijfspunt en bepalen van het rendement 
    Bepalen van de Eulerse opvoerdruk en het pompasvermogen 

  5. liftkracht en weerstandkracht voor een omstroomd lichaam bepalen 
    Herkennen van het stromingsprofiel om een omstroomd lichaam (laminair/turbulent) 
    Bepalen van liftkracht en wrijvingskrachten 
    Oplossingen aandragen om wrijvingskrachten te verminderen 

  6. een praktische meetopdracht uitvoeren 
    Opstellen van een meetplan 
    Uitvoeren van metingen en rapporteren met behulp van Excel 
    Kritisch beoordelen van de uitkomsten 

Werkvorm

Code Naam
WC Werkcollege
T.52659 Stromingsleer