Professionele identiteit en handelen in de praktijk (Pihp)

  • Code

    L.30445

  • Studiebelastingsuren

    420

  • Taal

    nl-NL

  • Kwartiel van uitvoering

    1, 2, 3, 4

In deze leereenheid leren de studenten in een thuisgroep de eigen professionele identiteit te ontwikkelen door experimenteren met eigen handelen in de praktijk. Opgedane kennis en vaardigheden worden in de lessen behandeld door middel van opdrachten in het werkboek waarop reflectie plaats vindt. De opdrachten in het werkboek zijn tevens geformuleerd vanuit te behalen toetsing in andere modules. De mix van studenten in verschillende praktijkorganisaties voorziet in een rijkdom waaruit studenten met en van elkaar leren. Interactie staat centraal evenals feed forward en feedback aan elkaar. De docent is faciliterend en beoordelend.

Competenties

  • Kwalificatie 1: Actief openstellen en signaleren
  • Kwalificatie 2: Bevorderen van sociaal functioneren in en van de primaire leefomgeving
  • Kwalificatie 3: Bevorderen van sociaal functioneren van mensen in hun netwerken
  • Kwalificatie 5: Effectief en efficiënt werken
  • Kwalificatie 6: Samenwerken
  • Kwalificatie 8: Leren en ontwikkelen
  • Kwalificatie 10: Kritisch en ethisch reflecteren

Leerdoelen

2DL3 Je bent je bewust van op welke wijze je eigen vraagstukken m.b.t. ethische waarden en mensenrechten van invloed zijn op je methodisch handelen en hoe je op basis van dit rolbewustzijn een bijdrage kan leveren aan het bevorderen van het welzijn binnen de primaire leefomgeving. 

2DC3 Je bent in staat om verschillende  (blended) rapportagevormen toe te passen ter verantwoording van je methodisch handelen binnen de primaire leefomgeving.

2DC4 Je bent in staat om de keuzes die je maakt binnen de primaire leefomgeving m.b.t rapportagevormen te verantwoorden.

3DT3 Je bent in staat om een keuze te maken m.b.t tot de inzet van methodieken en werkwijzen binnen netwerken en deze keuzes te verantwoorden.

3DL1 Je bent je bewust van je eigen rol als sociaal werker in het bevorderen van het sociaal functioneren binnen netwerken en kan deze bewust en verantwoord inzetten.

3DL2 Je kunt je methodisch handelen m.b.t. netwerken vanuit je rol als sociaal werker  verantwoorden en legitimeren.

8DK1 Je hebt kennis van en inzicht in de toepassing van de professionele richtlijnen voor de SW. 

8DK2 Je hebt kennis van en inzicht in de toepassing van verschillende methoden om te reflecteren op je professioneel handelen. 

8DT2 Je bent in staat om geschikte reflectiemethoden te kiezen die bijdragen aan jouw professioneel ontwikkeling binnen het beroep sociaal werk en deze bewust in zetten.

8DT3 Je bent in staat reflectie bewust in te zetten ter bevordering van de rol die je inneemt en wilt innemen als sociaal werker en dit proces te blijven beschrijven en benoemen.

8DT5 Je bent in staat om aan te geven hoe jij vorm geeft aan de begrippen veerkracht en kwaliteit van leven binnen jouw professioneel handelen en wat jij nodig hebt om dit in balans te houden of te krijgen binnen je beroep als sociaal werker.

8DT6 Je hebt middels reflectie inzicht verkregen in je eigen tekortkomingen en onzekerheden en kunt deze bespreken waar nodig.

8DL4 Je bent je bewust van je draagkracht en kunt deze vergroten als de draaglast dat vereist.

8DL6 Je bent je bewust dat leren een proces is dat blijvend in ontwikkeling is.

8DC1 Je gebruikt diverse communicatiemiddelen om over je eigen professionele ontwikkeling en professionaliteit te communiceren met diverse belanghebbenden en bent in staat om te beargumenteren waarom je voor deze middelen hebt gekozen.

10DK1 Je hebt kennis en inzicht in kritisch reflecteren.

10DK4 Je hebt kennis van kritisch reflecteren.

10DK5 Je hebt kennis en inzicht in het op methodische wijze analyseren van een moreel dilemma.

10DT1 Je bent in staat om de wisselwerking tussen je eigen normativiteit en de wettelijke kaders beargumenteerd te beschrijven en bespreken in de praktijk van het sociaal werk en deze waar nodig bij te stellen.

10DT3 Je bent in staat om je te positioneren als sociaal werker gericht op duurzaamheid.

1DO3  Je bent in staat om een oordeel te geven over de verschillende praktijktheorieën met betrekking tot het bevorderen van het welzijn van mensen en de methodische keuzes die je hierin maakt.

1DL1 Je bent je bewust van je politieke opvattingen m.b.t Social Work en je kijk op verschillende mensbeelden met betrekking tot sociale vraagstukken en hoe deze je methodisch handelen beïnvloeden.

1DC1 Je bent in staat om vanuit rolbewustzijn te communiceren over jouw methodisch handelen m.b.t sociale vraagstukken.

2DL2 Je kunt je handelen m.b.t. de primaire leefomgeving vanuit je rol als sociaal werker verantwoorden en legitimeren.

3DL3 Je bent je bewust van op welke wijze je eigen vraagstukken m.b.t. ethische waarden en mensenrechten van invloed zijn op je methodisch handelen en hoe je op basis van dit rolbewustzijn een bijdrage kunt leveren aan het bevorderen van het welzijn van netwerken. 

8DO1 Je beargumenteert middels kritische reflectie en in dialoog hoe de ontwikkelingen in het beroep en in de samenleving die jij hebt gesignaleerd van invloed zijn op jouw eigen professioneel handelen en overtuigingen.

8DL5 Je bent je bewust van je lerende houding en hoe je deze ook na het afronden van de opleiding wil blijven benutten.

8DL2 Je bent je bewust van je (professionele) onzekerheden en kunt deze bewust als leerpunten- en kansen benutten.

8DL3 Je kunt in de volle breedte van werk en privé en op eigen kracht je energiebalans in het oog houden en je bent in staat hier adequaat zorg voor te dragen.

8DC2 Je bent in staat om met anderen te communiceren over je eigen leerproces m.b.t je professioneel handelen en de keuzes die je hierin maakt.

10DC1 Je gaat de dialoog aan over jouw normatieve professionaliteit (morele vraagstukken en zingeving) via passende communicatiekanalen en verschillende communicatiemiddelen met relevante belanghebbenden.

6DK1 Je hebt kennis van en inzicht in de eigen en andere (interdisciplinaire) perspectieven.

6DL3 Je bent in staat om op basis van rolbewustzijn binnen het interdisciplinaire samenwerkingsproces je eigen rol waar nodig aan te passen en verder te ontwikkelen.

5DL1 Je bent je bewust van je eigen rol, m.b.t. besluiten en professionele belangen t.a.v. indiceren, toeleiden van middelen.

Werkvorm