Saxion en Windesheim bundelen krachten in Hartzorg op Afstand-onderzoek
Voor het project Hartzorg op Afstand sloegen twee lectoraten van Saxion en Windesheim de handen ineen. Met een aantal externe samenwerkingspartners deden zij het afgelopen jaar onderzoek naar de manier waarop het Zwolse Isala ziekenhuispatiënten met chronisch hartfalen en revaliderende hartpatiënten nog beter op afstand kan begeleiden. Technologie speelt daarbij een belangrijke rol, maar is niet het enige antwoord. Onderzoekers Marloes Bults (Saxion) en Annemarie van Hout (Windesheim) waren bij het project betrokken en vertellen over hun ervaringen.
Isala in Zwolle beschikt over een eigen Hartcentrum, waarvan het Harthuis een onderdeel is. Patiënten met chronisch hartfalen worden er begeleid en, deels op afstand, gemonitord. Dat geldt ook voor patiënten die revalideren, bijvoorbeeld na een hartinfarct. Het Harthuis zet al een aantal jaren ICT-toepassingen in, waarmee patiënten vanuit hun thuissituatie met het ziekenhuis kunnen communiceren. Bijvoorbeeld door het verzenden van informatie over hun bloeddruk of de hoeveelheid beweging die ze gedurende een week gehad hebben. Meetapparatuur die op het lichaam gedragen wordt, staat daarbij, via een app op de smartphone in verbinding met een afgeschermd zorgportaal. Patiënten geven daarnaast ook zelf via de app hun waarden door, bijvoorbeeld nadat ze thuis op de weegschaal hebben gestaan. Verpleegkundigen, sportartsen en fysiotherapeuten kijken op afstand mee. Ze sturen bij, motiveren, beantwoorden vragen of nodigen de betreffende patiënt uit voor een gesprek, wanneer dat nodig is.
Gewenning en bijsturing
Hoewel dit soort ICT-toepassingen al een aantal jaren wordt ingezet, is deze vorm van zorg en begeleiding toch nog relatief nieuw binnen het domein van de gezondheidszorg. Voor patiënten, maar ook voor de zorgprofessionals zelf. Deze werkwijze en nieuwe vormen van contact vragen niet alleen om gewenning en bijsturing, maar ook om het steeds aanpassen van de technische hulpmiddelen. Het in kaart brengen van bijbehorende competenties, taken en vaardigheden moet daarnaast leiden tot nieuwe functieprofielen of zogeheten doelprofielen waarnaar de zorgprofessionals kunnen toegroeien.
Marloes Bults was vanuit het Saxion-lectoraat Technology Health & Care als onderzoeker betrokken bij het Hartzorg op Afstand-project. Annemarie van Hout leverde haar bijdrage namens het Windesheim-lectoraat ICT-innovaties in de Zorg. Beide onderzoekers kijken terug op het afgelopen jaar. Annemarie: “Het Isala kwam, samen met zorgtechnologiebedrijf HC@Home, bij ons met de vraag hoe de begeleiding en monitoring van deze patiënten geoptimaliseerd kan worden. Het ziekenhuis werkt nu een aantal jaren met deze vorm van zorg op afstand en wilde kwalitatieve vervolgstappen zetten. Onze lectoren Marjolein den Ouden (Saxion) en Marike Hettinga (Windesheim) vonden elkaar in dit publiek-private onderzoeksproject, dat gesubsidieerd werd door Health Holland en Regieorgaan SIA. Ook werken we, naast het Isala en HC@Home samen met Libereaux. Deze organisatie maakt de doelprofielen voor de betrokken zorgprofessionals.”
De route en de ervaring voor de patiënt optimaliseren
“Bij het onderzoeken van de praktijk brachten we met twee zogenaamde patient journeys in kaart wat de beide patiëntengroepen in hun zorg- of revalidatieproces allemaal tegenkomen en wat ze daar zelf bij ervaren,” legt Marloes uit. “Bij het gebruik van de apparatuur, maar ook in de communicatie tijdens het hele traject. Eén van de onderzoeksvragen was hoe we die route en ervaring voor de patiënt kunnen optimaliseren. Ook kregen we de vraag te onderzoeken wat dit vervolgens betekent voor zorgprofessionals. Wat wordt van hen gevraagd? We analyseerden over welke competenties en vaardigheden zij moeten beschikken om die zorg op afstand te kunnen verlenen.”
Het onderzoek is recent afgerond en de publicaties zijn hier te vinden. Annemarie: “Het is ons goed gelukt de onderzoeksvragen te beantwoorden. We hebben het afgelopen jaar gewerkt met een multidisciplinaire projectgroep waarvan een aantal onderzoekers en een medewerker van Libereaux deel uitmaakten. We keken mee op de werkvloer, schoven aan bij consulten en interviewden patiënten in hun thuissituatie. Daarbij lieten we een creatieve toolkit achter. Met een camera, dagboek en ansichtkaarten nodigden we patiënten uit hun ervaringen met ons te delen: laat nu eens op uw eigen manier aan ons zien wat het betekent om met deze apparatuur te leven.”
Marloes: “Onze tussentijdse bevindingen hebben we steeds doorgesproken met de betreffende zorgteams, die we daarnaast ook intensief interviewden. Eigenlijk maakten we de medewerkers van het Harthuis tot mede-onderzoekers. Ons onderzoek leverde de genoemde patient journeys op, samen met een verzameling van aanbevelingen en een aantal doelprofielen met competenties die zorgverleners moet hebben om op die nieuwe werkelijkheid aan te blijven sluiten.”
“Er is het afgelopen jaar heel wat kennis expliciet geworden,” vertelt Annemarie. “Niet alleen over hoe de apparatuur gebruikt wordt, maar ook over waar nog knelpunten liggen. De uitkomsten zijn nuttig voor Isala en HC@Home, die hiermee, waar nodig, de processen en apparatuur verder kunnen ontwikkelen. Het is ook belangrijk om ons te realiseren dat veel issues patiënt-, zorgprofessional- en contextgebonden zijn. Een ziekenhuis kan een zorgplan klaar hebben liggen voor een patiënt die na een hartinfarct moet revalideren, maar de praktijk is vaak weerbarstiger. Eén van de conclusies van ons onderzoek is ook dat zowel patiënten als professionals zich daarvan bewust moeten zijn. We willen ze daar sensitief voor maken”.
Vertrouwen, signalen herkennen en apparatuur leren bedienen
Marloes vult daarop aan: “De ene patiënt kan onzeker worden als hij ziet dat bij inspanning zijn hartslag stijgt. Een ander kan zich gemotiveerd voelen als de stappenteller aangeeft dat hij vandaag voldoende beweging heeft gehad. Naast contact op afstand blijft het echte gesprek dus een essentieel onderdeel van het zorg- of revalidatieproces. Zorgprofessionals moeten mensen leren te vertrouwen op hun lichaam, signalen herkennen en de apparatuur leren bedienen. Hoe ga je als zorgverlener goed om met de balans tussen al die taken? Dat kan best ingewikkeld zijn. Je kunt zeggen dat verpleegkundigen en fysiotherapeuten bepaalde affiniteit met technologie moeten hebben. Ook moeten ze een handelingsbekwaamheid hebben op het gebied van technische toepassingen. Ze moeten up to date zijn in hun vakgebied, over communicatieve vaardigheden beschikken én analytisch vermogen hebben. Dat wil echter niet zeggen dat je iemand met al die competenties zomaar in zo’n Hartzorg op Afstand-traject kunt zetten. Het is een proces dat meer kanten heeft en dat laten we in ons onderzoeksrapport zien.”
Annemarie besluit: “Door het koppelen van deze patient journeys aan issues uit de praktijk willen we het denkproces van de betrokken professionals bevorderen. De lijst is niet sluitend, maar vormt een stevige basis waar zij zelf in de toekomst mee verder kunnen. We hebben vanuit Saxion en Windesheim geen onderzoek op afstand gedaan, maar zijn continu met de zorgverleners in gesprek gebleven. Die dialoog vond ik waardevol. Die heeft ons samen verder gebracht.”
Marloes Bults
Dr. Marloes Bults is sinds 2015 werkzaam bij Saxion als docent/onderzoeker. Ze werkt als senior onderzoeker bij het lectoraat Technology, Health & Care. Daarnaast is ze binnen de Academie Gezondheidszorg en de Academie Mens & Maatschappij betrokken bij het bachelor- en masteronderwijs.
Annemarie van Hout
Dr. Annemarie van Hout werkt sinds 2012 bij het lectoraat ICT-innovaties in de Zorg. Zij is daar trekker van het onderzoeksperspectief Innovatie en Zorgpraktijk. Zij richt zich in onderzoek op veranderende zorgpraktijken door het gebruik van technologie.
Hartzorg op Afstand is medegefinancierd met PPS-toeslag die door Health~Holland, Topsector Life Sciences & Health, beschikbaar is gesteld ter stimulering van publiek-private samenwerkingen. Voor het onderzoeksproject bundelden Saxion, Windesheim, Isala, HC@Home en Libereaux hun krachten.