Saxion start studieroute Biomechanical Engineering: studenten leren slimme oplossingen ontwerpen om kwaliteit van leven te bevorderen
Er is een steeds grotere vraag naar technische oplossingen voor biomechanische problemen. Saxion springt in dat gat. Vanaf september biedt de hogeschool de studieroute Biomechanical Engineering aan. Het doel is om technische mensen met medische kennis op te leiden, zodat zij nieuwe oplossingen kunnen ontwerpen en ontwikkelen.
Mensen worden steeds ouder en werken langer door. Daardoor is de vraag naar technische oplossingen voor biomechanische problemen toegenomen. Voorbeelden van dergelijke oplossingen zijn exoskeletten, protheses of tilliften. “Door de jaren heen zijn we meer om de kwaliteit van leven gaan geven”, zegt Emily Zoetbrood, coördinator van de nieuwe studieroute Biomechanical Engineering. “We willen gezond oud worden. Dat vraagt om slimme oplossingen om de kwaliteit van leven te bevorderen.”
Biomechanical Engineering
Saxion wil hier een bijdrage aan leveren door met de studieroute Biomechanical Engineering studenten op te leiden die dergelijke producten kunnen ontwikkelen, die mensen helpen gezond ouder te worden. Een exoskelet kan het werk van een stukadoor bijvoorbeeld veel makkelijker maken. Daardoor kan hij langer doorwerken en heeft hij op zijn oude dag minder last van pijntjes die hij tijdens zijn werkzame leven heeft opgelopen. “De stukadoor werkt vrijwel de hele dag boven zijn hoofd. Op den duur krijgt hij last van zijn gewrichten. Een exoskelet kan hem helpen. Dit draag je als een soort rugzak en ondersteunt bovenhands werken. Het heft als het ware de armen omhoog, waardoor het gewicht van de armen en het materiaal niet meer op eigen kracht getild hoeft te worden. Een exoskelet zorgt ervoor dat een stukadoor zonder pijn door kan werken en de kwaliteit van leven wordt verhoogd.”
Redelijk nieuw
Saxion is een van de eerste hogescholen in het land die de studieroute Biomechanical Engineering aanbiedt. “Voor Nederland is dit redelijk nieuw”, weet Emily. “De studie wordt al aangeboden op universiteiten en bij een aantal mbo’s, maar voor het hbo is het redelijk nieuw. Terwijl er veel vraag is naar technische mensen met medische kennis. Wij springen daarom in dat gat en zijn de eerste hogeschool die vanuit een mechanisch oogpunt naar de studie kijkt. Vanuit het werkveld proeven we veel enthousiasme. We hebben een paar keer op open dagen gestaan en ook vanuit potentiële studenten ontvangen we veel enthousiaste reacties.”
Emily en haar collega’s zijn druk bezig om het curriculum vorm te geven. In september gaat de vierjarige studieroute van start. Biomechanical Engineering (BME) valt onder de opleiding Werktuigbouwkunde. Na het afronden van de studie krijgen BME-studenten daarom ook het diploma Werktuigbouwkunde, met de aantekening dat ze de studieroute Biomechanical Engineering hebben gevolgd.
“Biomechanical Engineering heeft veel overlap met Werktuigbouwkunde”, legt Emily uit. “Studenten zullen voor een groot deel dezelfde lessen volgen als de werktuigbouwkundigen. Voor de BME-studenten hebben we een aantal thermische vakken weggelaten. Er is daardoor ruimte ontstaan voor vakken als anatomie en fysiologie. Die vakken volgen de studenten straks samen met studenten van de Academie Gezondheidszorg. Verder zullen de BME-studenten vakken als Biostatica en Biodynamica krijgen, die zijn uniek voor deze studieroute. We hebben zelfs een illustrator in de arm genomen om onze eigen methodiek te ontwikkelen, want op internet en in bibliotheken bestond er nog geen boek dat het vak uitlegt zoals wij dat willen.”
Focus op medische kant
Vergeleken met de traditionele opleiding Werktuigbouwkunde, ligt bij Biomechanical Engineering de focus dus veel meer op de medische toepassing. Waar werktuigbouwkundigen tijdens hun opleiding een graafmachine ontwerpen, leren de BME-studenten om een exoskelet of prothese te ontwikkelen.
Emily: “In het ontwikkelingsproces zitten geen hele grote verschillen, daarom sluiten beide studieroutes goed op elkaar aan. Maar in de toepassing van de producten zit wel verschil. Een exoskelet is kleiner dan de meeste machines. Bovendien wordt het toegepast op mensen. Daar moet in de materiaalkeuze rekening mee worden gehouden. Waar je bij een graafmachine zelf kan bepalen hoe deze beweegt, moet je bij de ontwikkeling van een exoskelet rekening houden met de beweging van het lichaam, de vrijheidsgraden van een arm volgen. Daar komt de kennis van anatomie en fysiologie om de hoek kijken.”
De studieroute Biomechanical Engineering heeft ook enige overlap met de opleiding Gezondheid & Technologie. Beide studieroutes zijn echter niet met elkaar te vergelijken. “Bij Gezondheid & Technologie worden verpleegkundigen met technische kennis opgeleid, wij leiden werktuigbouwkundigen met medische kennis op. Er is veel overlappende kennis, maar beiden kunnen elkaars werk niet doen. Wel zouden ze heel goed samen kunnen werken om tot nieuwe ontwerpen te komen.”
Toekomstperspectief
De komende maanden worden de laatste punten op de ‘i’ gezet, waarna de studieroute in het nieuwe studiejaar van start gaat. Emily kijkt er naar uit. “Er is zoveel enthousiasme. Vanuit het werkveld wordt toegejuicht dat we met deze studieroute beginnen.”
Na vier jaar ontvangen de studenten Biomechanical Engineering hun diploma. Gezien de toenemende vraag naar technische oplossingen voor biomechanische problemen lijkt het met het toekomstperspectief van de alumni wel goed te zitten. “Er is zoveel vraag naar technische oplossingen”, zegt Emily. “Exoskeletten zijn nu nog nieuw, in opkomst. Maar in de toekomst is het haast niet meer voor te stellen dat mensen handmatig werk doen zonder dergelijke ondersteuning. Die nieuwe technologie moet alleen eerst onderzocht en ontworpen worden, voordat deze voor een goede prijs voor iedereen toegankelijk is. Wij willen daar een bijdrage aan leveren, door mensen op te leiden die voldoende kennis hebben om dergelijke producten te ontwikkelen.”