Hogeschool Saxion werkt samen met studenten aan een natuur inclusieve campus
Saxion heeft in recente jaren een roadmap opgesteld richting een duurzame organisatie. Hierin staan doelen omschreven voor het vastgoed, de onderwijshuisvesting en de buitenruimte en hoe zij die doelen tot 2024 gaan bereiken.
Samenhang is het sleutelwoord, aldus Huub Punte, projectleider Duurzaamheid bij Hogeschool Saxion. “Biodiversiteit kun je bijvoorbeeld niet isoleren”, zegt hij. “Bovendien zitten wij als stadscampus tussen het Volkspark en de binnenstad. Vanuit de gemeente ligt de behoefte om die as te versterken, dus zoek je naar mogelijkheden om dit alles in een groter plaatje te passen.”
Vanuit de behoefte om multidisciplinair naar de plannen te kijken, werden studenten bij de roadmap betrokken door Bauke de Vries, docent-onderzoeker duurzame ontwikkeling bij Saxion. “We hadden sowieso de behoefte om onze gevels te vergroenen en daar werd door studenten onderzoek naar gedaan”, zegt De Vries. “Hen betrekken was voor ons dan ook een serieuze stap in deze opdracht.” Het gaat vierdejaars studenten van de opleiding Stedenbouwkundig Ontwerpen, Bestuurskunde en Klimaat en Management. “Vanuit die opleidingen besteden we voor het project aandacht aan vier grote duurzaamheidsthema’s, die onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn: klimaat, energie, circulariteit en biodiversiteit.”
Het ontwerp
Aan het project doen onder andere Yusuf Metin Yar en Marijn Sloot mee. Beiden onderschrijven het nut van hun betrokkenheid bij het project. Yar: “Normaal gesproken maak je een opdracht, maar zie je er niets van terug.
Nu zijn we er onderdeel van, werken we aan relevante duurzaamheidsthema’s en worden we serieus genomen. Dat geeft een hele andere motivatie en energie om aan een project te werken.” Sloot beaamt dit volmondig: “Ik heb in mijn tweede jaar werk gedaan voor een gemeente en adviesbureaus. Met de uitkomst werd niet veel gedaan. Mooi dus om te zien dat het ook anders kan. Ik hoop dat meerdere hogescholen dit opvolgen.”
Voor de vergroening van de hogeschool is door de studenten vooral gelet op de verbinding tussen het Volkspark en de binnenstad, met extra aandacht voor het ecosysteem van Enschede. “Als wij ons alleen op de campus zouden richten, laten we een kans liggen”, zegt Yar. “We hebben de campus ingedeeld in gebieden zodat we een groene strook kunnen creëren. Dit levert een bijdrage aan de biodiversiteit, omdat je verschillende matrixen maakt.” Belangrijk punt hierin is dat zowel mens als dier baat moeten hebben bij de nieuwe omgeving. “We willen een intuïtieve boodschap aan studenten geven door ze onderdeel te maken van de natuur.”
Die ambitie wordt in fases opgedeeld, legt Yar uit: “De hoofdingang is stedelijk, met ruimte voor publiek en een verbinding met de natuur, en naarmate je verder langs het gebouw loopt, wordt de overgang naar de natuur steeds sterker. Hiermee bieden we ook kansen om ruimte voor mens, dier, plant en water te maken.” Voor de studenten is het belangrijk dat de natuur direct beleefd kan worden, omdat dit meer impact heeft dan groen ‘in de verte’. Hoewel er dus naar daktuinen wordt gekeken, worden oplossingen op het maaiveld, zoals wadi’s, ook meegenomen in het ontwerp.
Versnellen
Opdrachten zoals die voor de Saxion-campus zijn kansrijk voor zowel student als (externe) opdrachtgevers, stipt De Vries aan. “Onze studenten raken vanaf hun tweede studiejaar gewend om praktijkopdrachten te doen”, zegt hij. “Wij kunnen in een klaslokaal nooit alle kennis aanreiken, dus het benaderen van externen zit in hun bloed. Daarmee halen ze niet alleen kennis op, maar betrekken ze anderen bij het proces.” De verwachtingen zijn dus hoog, maar Punte benadrukt dat er om praktische redenen geen eisen aan het ontwerp van de studenten te stellen is. Immers zitten zij in een leertraject.
“Toch komt er af en toe iets langs met een kwaliteit dat tegen landschapsarchitectuur aanschurkt”, zegt hij. Zo ook bij de transformatie van de Saxion-campus. “Daarom willen wij nu versnellen; kunnen wij al bepaalde punten uit dit ontwerp pakken om werkelijkheid te laten worden?” De vervolgstap van Saxion is op beleidsniveau het ontwerp van de studenten toetsen. “Als we daar positief over zijn en het binnen het plaatje van onze doelstellingen past, kunnen we delen uit het plan uitwerken”, vervolgt Punte. Dat is uniek, want normaal gesproken wordt dit werk uitbesteed aan een (landschaps)architect. De Vries: “Maar bedenk dat bijvoorbeeld het tekenwerk voor dit ontwerp van een vierdejaars student is. Over drie maanden is hij afgestudeerd en betreedt hij de arbeidsmarkt. In feite is het dus al een young professional en niet iemand die net begint met leren. Dat geldt ook voor de andere studenten van deze opdracht.”
Trots
Het betrekken van studenten bij een nieuw ontwerp voor een campus is bijna een no-brainer, maar hoe zit het met andere projecten of gebieden? Is het cruciaal dat studenten in verband met hun out-of-the-box denkvaardigheid vaker meedenken over gebiedstransformaties? “Bij Saxion is het onze morele plicht om dat te doen”, zegt Punte. “Los van onze plicht, als je kijkt naar wat het oplevert en je als opdrachtgever studenten serieus neemt door hoge verwachtingen te hebben – want dat is een voorspeller van goed resultaat – dan komt er absoluut goed werk uit. Voor ons is het echt een voordeel, ook financieel, en dat staat nog los van de trots als het project eenmaal is gerealiseerd. Dat we kunnen zeggen: studenten hebben dit gemaakt.” Het komt bovendien al voor dat studenten worden betrokken bij externe projecten. De Vries: “Gemeente Hengelo werkt bijvoorbeeld met een groep van onze studenten aan ideeën voor een nieuw stadsplein en Marijn gaat binnenkort aan de slag in Deventer op het terrein van stadion Go Ahead Eagles om de duurzaamheid van de omgeving aan te pakken.”
Hoog op de agenda
Natuurinclusief bouwen komt steeds steviger op de agenda van Saxion, zegt De Vries, onder andere bij opleidingen als Stedenbouwkundige en Ruimtelijke Planologie. “We merken dat het een van de grotere opgaves is bij stedenbouwkundige ontwerpen”, zegt hij. “Daarom passen we het thema in onze opleidingen, zoals in het vak Bodem, Landschap en Biodiversiteit. We willen nog de lijn richting het curriculum van bouwopleidingen leggen, zoals we dat ook met circulair bouwen hebben gedaan, en we zijn in gesprek met de provincie Overijssel om dit soort processen verder te ondersteunen.”
Ook bij studenten wordt die stap gezet, geeft De Vries aan. “Jaren geleden vroegen studenten Planologie zich af waarom ze een vak als Duurzame Ontwikkeling kregen”, zegt hij, “’We volgen toch geen milieukunde?’ riepen ze dan. Dat is nu wel gekanteld.” Yar en Sloot herkennen dit. “Voor mijn opleiding Bestuurskunde hoopte ik dat er meer over klimaat werd verteld”, zegt Yar. “Het is voor mij ook een persoonlijke motivatie, dus van mij mag het altijd wel meer zijn. Het is geen kwestie meer van ‘mijn kleinkinderen gaan klimaatverandering meemaken’, want ik maak het nu al mee. Daarom wil ik er iets mee doen.” Sloot: “Vanzelfsprekend koos ik ervoor gezien mijn opleiding Klimaat en Management, maar ik merk dat studieroutes zoals Stedenbouwkundige meer vakken over duurzaamheid en circulariteit opzetten. Radboud Universiteit heeft bijvoorbeeld aangegeven in elke studie wel het vak duurzaamheid te willen geven. Dat vind ik op elke hogeschool en universiteit wel passend.”
Mooiste moment
De kansen liggen voor het oprapen, als het aan De Vries en Punte liggen. Zij geven aan dat in het najaar van 2021 groepen studenten zijn ingezet in zeven verschillende projecten voor externe opdrachtgevers. Dat varieert van een energiebedrijf tot gemeentes. Elk van deze partijen zijn volgens de heren regelmatig verrast over de kwaliteit die uit de studenten voortkomt. “Die reactie ben ik intussen wel gewend”, zegt De Vries. “’Dit lijkt wel echt!’ zeggen ze dan.” Voor Yar en Sloot is deze ontwikkeling uitermate welkom, omdat het hun leertraject valideert. Yar: “Dat is een goed gevoel. Dit project is waarschijnlijk een van de mooiste momenten van het student zijn, nog los van het cijfer dat we ervoor krijgen.”